Uit eigen ervaring kan ik je vertellen dat pubers met autisme niet gemakkelijk zijn. Sterker nog, het opvoeden van een puber met autisme is hartstikke moeilijk!

Zoonlief is gelukkig geen kroegtijger en loopt ook niet ‘s avonds laat over straat. Af en toe drinkt hij een biertje en drugs gebruikt hij niet, heeft geen verkeerde vrienden. So far so good.
Op deze punten hebben we geluk gehad. Wij hebben dus nooit discussies over te laat thuiskomen of over roken. Behalve één keer dan.

Roken

Op zijn 16e stond hij in het zicht van het huis een sigaret te roken. Dat was niet zo handig, want nu hadden we hem meteen door. Nadat we uitgerekend hadden wat roken per week zou gaan kosten en ik een beloning voor het ‘niet roken tot je 18e’ in het vooruitzicht gesteld had, was het meteen gedaan met roken. Ik blij natuurlijk, want als niet-roker wil je echt geen rokende puber in huis. We hebben hier een echte puber-hindernis genomen, zou je kunnen zeggen.

Autisme

Pubers met autisme zijn wel extra een uitdaging. Want wanneer hoort gedrag bij de pubertijd en wanneer hoort het bij autisme? Bijna iedere jongere heeft een periode dat douchen niet bovenaan het prioriteitenlijstje staat. En komt douchen wél op het prioriteitenlijstje dan douchen ze zo lang dat je dáár weer over in discussie moet. En dan hebben we het nog niet over de hoeveelheid shampoo die ze verbruiken.

Kamer opruimen

Neem nou zijn kamer. Veel mensen met autisme houden van structuur en orde. Hij heeft zeker behoefte aan structuur maar orde in de zin van een opgeruimde kamer, vindt hij absoluut niet nodig. Ongelooflijk, wat een puinhoop kan hij ervan maken!

Sokken liggen overal en de vloer ligt vol met kleding, schoenen en tassen. Zijn bureau is een chaos met glazen, schaaltjes en allerlei prulletjes die eigenlijk zo de vuilnisbak in kunnen. Denk aan propjes papier, verpakkingen en andere troep. Hij stoort er zich niet aan, zegt hij.

Wat is pubergedrag en wat niet?

Als ouder is het steeds weer afwegen: wat is pubergedrag en moet ik als zodanig bijsturen of kan ik laten gaan (het is een fase). En wat vraagt juist actie van mij omdat hij bepaalde dingen niet oppakt vanwege zijn autisme? Bij hem speelt dat hij vaak de samenhang van dingen niet ziet én dat een proces stagneert zodra hij een hindernis tegenkomt en niet weet wat hij moet doen.

Neem het voorbeeld van zijn kamer opruimen. Hij is prima in staat om zonder stap voor stap instructie zijn bed te verschonen en de afwas naar beneden te brengen.

De dikke laag stof ziet hij ook wel liggen. Hij komt alleen niet op het idee om een natte doek te gebruiken om stof af te nemen. Dus blijft de stof liggen. Een lege doos blijft wéken op zijn kamer staan, omdat hij niet weet waar hij de doos moet laten. En dat brengt mij tot onze volgende uitdaging.

Leren vragen stellen

Je kunt je afvragen of het nu zo belangrijk is dat die doos onmiddellijk opgeruimd moet worden. Ik vind dat niet het belangrijkste. Zijn kamer is zijn kamer en als hij zich prettig voelt in een rommelige kamer, dan laat ik dat zo. Mijn tienerkamer was vroeger ook geregeld een puinhoop. Mijn moeder kan je daar aardig wat verhalen over vertellen. En met mij is het ook goed gekomen, dus met zoonlief zal het ook wel goedkomen. Wat ik wel belangrijk vind, is dat hij leert om knelpunten te herkennen en vragen gaat stellen om die knelpunten aan te pakken. Daar zetten we nu op in.

Opvoeden van pubers met autisme

Dat opvoeden bij autisme niet altijd makkelijk is, demonstreer ik graag met een voorbeeld.

Jaren geleden, Jelmer was een jaar of 13, toen merkten we dat hij ‘s avonds minder makkelijk ging slapen. We hadden op dat moment nog geen professionele begeleiding gehad en deden ons best om hem zo autisme-vriendelijk mogelijk, op te voeden. We zijn nagegaan wat mogelijke oorzaken zouden kunnen zijn en we besloten dat we als eerste de cola zouden schrappen. We maakten de afspraak dat hij ‘s avonds geen cola meer zou drinken en bespraken natuurlijk ook de reden van de afspraak. Hij kon zich er prima in vinden, dus het was verder geen probleem. Tot op een avond, een paar dagen later.

Hij: Mam, mag ik cola? 
Ik: Nee, we hebben afgesproken dat je ‘s avonds geen cola meer zou drinken. Pak maar iets anders

Op een avond, een week later:

Hij: Mam, mag ik cola?
Ik (enigszins verbaast): Nee, we hebben afgesproken dat je ‘s avonds geen cola meer zou drinken.
Hij: oh ja

Dit herhaalde zich een paar keer. En ik vroeg me af, hoe het nou kwam dat een intelligente jongen zoals hij, steeds opnieuw naar de bekende weg vroeg. Hij kende de afspraak goed en toch bleef hij ernaar vragen. Bleef hij nou gewoon drammen? Of was het toch iets anders?

Raad van een autismedeskundige

Kort daarop stond ik als docent voor een klas leerlingen maatschappelijke zorg. Ik had een autisme deskundige van Autimaat als gastspreker uitgenodigd en legde haar deze casus voor. Haar uitleg was echt een eye opener en ik ben het nooit meer vergeten. ‘Dit zie je vaker bij mensen met autisme’ zei ze. En ze legde uit dat iedere keer dat Jelmer de vraag stelde ‘Mag ik cola’ dit voor hem een ander moment was. Een andere dag of een ander tijdstip. De ene keer misschien op maandagavond, de andere keer op zaterdagavond. De ene keer vlak na het eten, de andere keer later op de avond. In zijn optiek is de situatie steeds verschillend en dus kan het antwoord ook anders uitvallen. Best slim!


Ik heb vervolgens samen met Jelmer een nieuwe afspraak gemaakt: Jij drinkt ‘s avonds na het warm eten geen cola meer. Deze afspraak geldt voor iedere avond van de week.
Hij dacht even na. En toen kwam het: ‘Mam, hoe zit het dan met feestjes en met Oud & Nieuw, want dan ga ik later naar bed’.
Van mijn gastspreker wist ik dat ik afspraken moest generaliseren maar dat een uitzondering best mocht. Het zou juist duidelijkheid scheppen. De afspraak werd dus ‘s avonds na het warm eten geen cola, behalve op feestjes en met Oud & Nieuw. Yes! Hij tevreden en ik tevreden.

Pubergedrag of autisme?

Was het vragen om de uitzondering nu pubergedrag of autisme? Ik denk het laatste. De afspraak was nog niet duidelijk genoeg, met de uitzondering erbij wel.

En toen, weer een paar dagen later:
Hij: Mam, ik mag zeker geen cola hè?
Ik: Nee schat, je mag geen cola
Hij: dacht ik al, dan pak ik wel ijsthee

Kijk hier kwam wél de puber om de hoek. En ik vond het eigenlijk wel grappig. Hopelijk heb ik dat niet laten merken, maar dat weet ik niet meer precies.

Vraag jij je wel eens af welk gedrag van jouw puber met autisme pubergedrag is en wat bij autisme hoort? Ik blijf het lastig vinden. Zet je reactie onder deze blog, ik ben benieuwd of ik de enige ben die dit lastig vind.

Ik schreef eerder de blog Duidelijk zijn over grasmaaien over hoe je door duidelijk te zijn op de 5 (wie, wat, waar, hoe en wanneer) zodat je kind met autisme goed weet wat er van hem verwacht wordt. Handig, ook bij het opvoeden van pubers met autisme.

Jij wil dat ik naar jou luister, luister jij dan ook naar mij?

Het is een gewone doordeweekse avond. Ik heb net een gesprek met mijn zoon gehad. En aan het eind van dat gesprek vraag ik nog een moment zijn aandacht en zeg tegen hem: ‘Weet je nog? Jij wil dat ik naar jou luister, luister jij dan ook naar mij?

Mijn kinderen zullen deze uitspraak vast herkennen. Ik heb hem vaak gebruikt toen ze opgroeiden en bij mijn 18 jarige gebruik ik de uitspraak nog wel eens. Hoe je de zin interpreteert hangt af van de intonatie die je gebruikt, de klemtoon én de situatie waarin je de zin gebruikt.

Wederkerigheid

Wil de zin effect hebben, is het allereerst géén dreigement of onderhandeling of aanbod. Nou ja, dat laatste wel een beetje. Maar niet in de zin van: pas als jij gaat luisteren, luister ik naar jou. Hell no, daar ben ik helemaal niet van. Wat ik mijn kinderen hiermee wil leren is respect, gelijkwaardigheid en vooral wederkerigheid.

Samen

In deze wereld ben je niet alleen. We zijn er samen. Ik ben er voor hen en doe voor hen wat binnen mijn mogelijkheden ligt. Maar ik wil mijn kinderen ook leren dat zij hierin ook een verantwoordelijkheid hebben. Of je nu wel of geen autisme hebt. We moeten het samen doen.
Als je autisme hebt, is het niet vanzelfsprekend dat je zo maar oog hebt voor de behoeften van anderen. Dat dit niet vanzelfsprekend is, is niet erg. Je kunt het leren. 
Ik leer het mijn zoon door het voor te doen en hardop uit te spreken wat ik bedoel en waarom iets belangrijk is.

Luister

Naar elkaar luisteren, vind ik super belangrijk. Met luisteren bedoel ik ‘heb oog voor mijn wensen zoals ik oog heb voor jouw wensen”. Pubers zijn vooral gericht op hun eigen behoeften en dat hoort ook zo. Zo ontdekken ze de wereld en hun grenzen. En die grenzen krijgen ze o.a. van ons als ouders. Maar dat wil niet zeggen dat dit op een autoritaire manier moet gaan. Hoewel ik de ouder ben en niet een vriendin, streef ik er altijd naar om op een gelijkwaardige manier met ze te communiceren.

Sfeer

Ik probeer niet meteen te reageren maar eerst even tot me door te laten dringen wat ze van me vragen. Een paar seconden de tijd nemen om te beslissen hoe je wilt reageren levert echt rust op. Nogmaals, ik ben ook mens dus ook bij mij gaat het wel eens anders. Het is wel eens gebeurd dat hij met een voorstel kwam en dat ik reageerde met: ‘Nou ik dacht het niet!’. Het is wel een duidelijk reactie maar het bevordert de sfeer in huis niet echt, kan ik je zeggen.

Pubers

Zoals alle pubers, is ook mijn zoon het lang niet altijd eens met regels die wij stellen. Zoals op tijd gaan slapen en niet tot 3 uur ‘s nachts online zijn. Hij vindt dit overbezorgd en meent dat hij zelf kan bepalen hoe laat hij naar bed kan. Daar denk ik anders over en met reden, maar dan wordt deze blog veel te lang.

Ondanks dat we niet altijd dezelfde mening hebben, vind ik het heel belangrijk om naar hem te luisteren en soms mijn grenzen te versoepelen. En hem daarmee het vertrouwen te geven dat hij mag gaan uitproberen en ontdekken wat bij hem past. En dat is het moment dat ik tegen hem zeg: ‘Heb je het in de gaten? Ik luister naar je.’ Ik spreek het dus letterlijk uit. Dat is ook het moment dat hij zich bewust wordt van de ruimte die hij krijgt. En dat waardeert hij. En zo kreeg hij op een bepaald moment mijn toestemming om éénmalig met een online nachtelijk event mee te doen.

Zijn vraag eerst

Je leert hem de waarde van jouw gebaar als je de zin eerst gebruikt in een situatie wanneer je ingaat op zíjn vraag. Hij vraagt iets van je en je kijkt wat verantwoord is en geeft hem toestemming voor iets wat hij graag wil. Bijvoorbeeld in een vakantie tot een later tijdstip online zijn dan waarvoor je normaal toestemming zou geven. Geef aan dat het een uitzondering is. Je geeft daarmee ruimte en vertrouwen. De dag erna ga je met je kind kijken hoe hij het gedaan heeft. Toon belangstelling voor wat hij gedaan heeft en vraag waarom dit zo leuk was voor hem.

Goud

Geef hem een paar keer nét iets meer ruimte dan je normaal zou doen. Zodat hij kan gaan ontdekken. Bijvoorbeeld in een periode van een maand. Ik garandeer je dat er vervolgens vanzelf het juiste moment komt dat je hem kunt vragen: ‘Weet je nog? Ik heb …. (noem dat moment) naar jou geluisterd, luister je nu ook naar mij?’ Mijn ervaring is dan dat mijn kinderen dan zoiets hebben van ‘oh ja, dat is waar ook. Dan is het wel zo aardig als ik nu doe wat zij belangrijk vindt’. Die nadenkende blik en dan zijn commitment, dit moment is echt goud waard!

Ik had zo’n gouden moment komt dat mijn zoon in discussie probeerde te gaan over de tijdklok die er op het internet zit. Hij wilde voor altijd de tijdklok verder naar achter verzetten zodat hij altijd langer online kon zijn. Ik wilde dat niet. Toen ik zei: ‘Weet je nog dat je dat nacht event mocht doen? Toen heb ik naar jou geluisterd, luister jij nu dan ook naar mij? Vervolgens kwam die nadenkende blik en ging hij akkoord want hij wist best waarom die tijdklok erop zit. Hij weet ook dat wanneer hij onvoldoende rust krijgt, hij gezondheidsproblemen gaat krijgen. Maar ja, ‘s nachts doorgaan scoort veel beter bij vrienden dan aan moeten geven dat je voldoende rust nodig hebt en dus niet mee gaat doen met het nachtelijke event van World of Warcraft.

Wil jij nu ook werken aan een relatie die gebouwd is op wederkerigheid? Ga dan ook deze zin gebruiken: ‘Jij wil dat ik naar jou luister, luister je dan ook naar mij?’

Als moeder van een zoon met autisme en vervolgens als jongerencoach heb ik ontzettend veel gehad aan het boek Auticommunicatie van Collette de Bruin. Je koopt het boek Auticomminicatie via deze link. Een echte aanrader dus. Een van de technieken die ik daar geleerd heb, is het W.A.T-en. In deze blog lees je er meer over.


Schrijf je hier in voor de JHob inspiratiebrief en ontvang nog meer tips over omgaan met autisme en auti-communicatie.


Ik luister naar jou, luister jij ook naar mij?

Een gewone doordeweekse avond. Ik heb net een gesprek met mijn zoon gehad. En aan het eind van dat gesprek vraag ik nog even een moment zijn aandacht en zeg tegen hem: ‘Weet je nog? Ik luister nu naar jou, luister je ook naar mij?’

Mijn jongens zullen deze uitspraak vast herkennen. Ik heb hem vaak gebruikt toen ze opgroeiden en bij mijn 17 jarige gebruik ik de uitspraak nog wel eens. Hoe de zin interpreteert wordt, hangt af van de intonatie die je gebruikt, de klemtoon én de situatie waarin je de zin gebruikt.

Wil je actie effect hebben, is de zin hierboven allereerst géén dreigement, onderhandeling of aanbod. Nou ja, dat laatste wel een beetje. Maar niet in de zin van: pas als jij gaat luisteren, ga ik luisteren, eerder niet.
Hell no, daar ben ik helemaal niet van.

Het is meer van; Hoor je me? Heb je in de gaten dat ik naar je luister en je meer ruimte geef dan anders?
Wat ik mijn jongens wil leren is respect, gelijkwaardigheid en wederkerigheid. Daarom is deze aanpak, het gebruik van deze zin, een bewuste actie in mijn opvoeding geweest.

In deze wereld ben je niet alleen. We zijn er samen. Ik ben er voor mijn kinderen wanneer ze me nodig hebben en doe voor hen wat binnen mijn mogelijkheden ligt. Maar ik wil ze ook leren dat zij hier net zo goed een verantwoordelijkheid in hebben.

Als je autisme hebt, is het niet vanzelfsprekend dat je oog hebt voor de behoeften van anderen. Dat dit niet vanzelfsprekend is, is niet erg. Je kunt het leren.
Ik leer het mijn zoon met autisme door het voor te doen, hardop uit te spreken wat ik bedoel en waarom iets belangrijk is.  
En zo leert hij dat mensen om hem heen ook behoeften heb en dat ook ik dingen nodig heb om het prettig te hebben.

Heb oog voor mijn wensen zoals ik oog heb voor jouw wensen

Met het woord luisteren uit de zin, bedoel ik ‘heb oog voor mijn wensen zoals ik oog heb voor jouw wensen”. Pubers (en puberella’s) zijn vooral gericht op hun eigen behoeften en dat hoort ook zo. Zo ontdekken ze de wereld en hun grenzen. En die grenzen krijgen ze o.a. van ons als ouders. Maar dat wil niet zeggen dat je de grenzen op een autoritaire manier moet aangeven. Het kan veel prettiger.

Hoewel ik de ouder ben en niet een vriendin, streef ik er altijd naar om op een gelijkwaardige manier met ze te communiceren. Ik probeer niet meteen te reageren maar eerst even tot me door te laten dringen wat ze van me vragen. En ik probeer rustig te reageren.
Ik ben ook maar een mens dus ook bij mij gaat het wel eens anders. Soms komt mijn zoon met een bizar voorstel en dan reageer ik weleens te snel en te bot met: ‘Nou ik dacht het niet!’.
Het is wel duidelijk maar het bevordert de sfeer in huis niet echt, kan ik je zeggen.

Hoe je ervoor zorgt dat jouw auti-puber naar je luistert?

Zoals alle pubers, is ook mijn zoon het lang niet altijd eens met regels die wij stellen. Zoals op tijd gaan slapen en niet tot 3 uur ‘s nachts online zijn. Er zit bij ons dus een klok op het internet en kan hij na het afgesproken tijdstip niet meer online. Ook niet met zijn telefoon.
Hij vindt dit overdreven en meent dat hij zelf kan bepalen hoe laat hij naar bed kan. Daar denk ik anders over en met reden, maar daar ga ik nu niet verder over uitweiden. Want dan wordt deze blog véél te lang.

Ondanks dat we niet altijd dezelfde mening hebben, vind ik het heel belangrijk om naar hem te luisteren en versoepel ik soms echt mijn grenzen wel eens. Ik wil hem daarmee het vertrouwen te geven dat hij mag gaan uitproberen en ontdekken wat bij hem past. En dat is het moment dat ik tegen hem zeg: ‘Heb je het in de gaten? Ik luister naar je.’ Ik spreek het dus letterlijk uit. Dat is ook het moment dat hij zich bewust wordt van de ruimte die hij krijgt. En dat waardeert hij.

Afgelopen zomer vakantie hebben we de regels rondom bedtijd behoorlijk versoepeld en toen de school weer begon is de tijdklok er weer op gezet. Zo heeft hij de ruimte gehad om puber te zijn (en is een paar keer veel te laat gaan slapen) en ben ik weer sturend zodra uitgeslapen zijn weer belangrijk is. In ieder geval tot ná zijn schooltentamens eind oktober.

Van vertrouwen geven, krijg je vertrouwen.

Je kind ruimte geven terwijl je eigenlijk denkt dat hij nog niet zover is, zie ik als een gebaar. Een gebaar van vertrouwen geven.
En van vertrouwen geven, krijg je vertrouwen, zo zie ik dat.
En ja, ik vind het meestal ook spannend. Gaat hij waarmaken waar ik op hoop? Vaak is dat zo maar soms ook niet. Maar hij mag fouten maken en daarvan leren, dus dat is oké.

Je leert jouw puber de waarde van jouw gebaar als je de zin eerst gebruikt in een situatie wanneer je ingaat op zijn vraag. Daarmee krijgt zijn behoefte voorrang op dat van jou. Het is goed om hierover na te denken.
Dat kan zijn in een situatie waarin hij vraagt om iets dat hij heel belangrijk vindt maar waar jouw prioriteit niet ligt.
Of dat je iets van hem overneemt, een telefoontje voor hem plegen bijvoorbeeld terwijl je vindt dat hij dat eigenlijk zelf moet doen.

Doe dit maar eens een paar keer in een periode van een maand. Kijk waar je hem de ruimte kunt geven om te ontdekken. En gebruik dan steeds de zin: ‘Merk je dat ik naar je luister?’ En voeg er ook aan toe ‘Ga je ook naar mij luisteren als ik dat nodig heb?’

Ik garandeer je dat er vervolgens vanzelf dat moment komt dat je hem kunt vragen: ‘Weet je nog? Ik heb …. (noem dat moment) naar jou geluisterd, luister je nu ook naar mij?’

Tijdklok

Wanneer het moment komt dat mijn zoon in discussie probeert te gaan over de tijdklok die er op het internet zit, zeg ik dat dus ook. En dan gaat hij onder protest, dat wel, akkoord want hij weet best waarom die tijdklok erop zit. Hij weet ook dat wanneer hij onvoldoende rust krijgt, het risico van gezondheidsproblemen op de loer ligt. Maar ja, ‘s nachts doorgaan scoort veel beter bij vrienden dan aan moeten geven dat je voldoende rust nodig hebt en dus niet mee gaat doen met het event van World of Warcraft.

Wil jij nu ook werken aan een relatie die gebouwd is op wederkerigheid? Ga dan ook deze zin gebruiken: ‘Jij wilt dat ik naar jou luister, luister je dan ook naar mij?’
En weet je wat het mij naast die fijne relatie ook oplevert?
Nachtrust!
Ik slaap véél beter als ik weet dat hij ook lekker ligt te slapen en zo aan zijn rust toekomt, want dat heeft hij hard nodig.

Schrijf je hier in voor de JHob inspiratiebrief en ontvang geregeld tips over omgaan met autisme en auti-communicatie.
Geen zorg, ik ga je echt niet iedere week mailen!

Wil je iets meer lezen over het Puberbrein? Dan kan ik je Het nieuwe puberbrein binnenste buiten aanraden.